zondag 4 augustus 2013

Mastenbroek over verandermanagement

Willem Mastenbroek is een eminence grise / grand old man van de management consultancy. Generaties studenten hebben zijn Aula-pocket over onderhandelen op zijn minst langs zien komen, soms zelfs opengeslagen.

Hij is ook hoofdredacteur van Managementsite.nl, een site waar meer dan 70.000 mensen een account op hebben, het precieze aantal wordt trots in de wekelijkse mailing bijgehouden.

Ik word soms een beetje onrustig als ik rondkijk op de Managementsite. Bijvoorbeeld als ik bijdragen van consultants lees die precies weten hoe je een probleem aan moet pakken met een stappenplan dat ik niet helemaal begrijp.

Daarom pak ik af en toe deze post erbij van de Oude Meester, Mastenbroek zelf: Goed verandermanagement nog ver te zoeken. Het begint met een uithaal naar alle stappenplannen:

"Vind u dat het werkt?  Burning platform, sponsor, projectgroepen met jan en alleman. Experts van buiten. Uitrollen van de boel oftewel implementeren. Wat een armoe!"
De hele adviesbranche krijgt hier een draai om zijn oren, met een bijzondere vermelding voor John Kotter (van het burning platform).

Hij geeft dan drie voorbeelden van hoe het ook kan. Het eerste heeft hij uit zijn eigen adviespraktijk. Om klantgerichter te worden kreeg iedere afdeling van een organisatie deze drie vragen:
1. Wie zijn jullie klanten.
2. Weten jullie al op welke punten jullie kunnen  scoren bij jullie klanten.
3. Hoe ziet jullie actieplan eruit?
Schijnt als een tierelier gewerkt te hebben volgens Mastenbroek omdat het om een simpele aanpak gaat die de verantwoordelijkheid bij de mensen die het werk doen legt.

Ik geloof het graag.

Post Scriptum:

De inkt is nog niet droog van dit blogje of ik kom op Barking up the wrong tree, een blog over gedrag en psychologie een post tegen over een onderzoek van een halve eeuw geleden waarin is vastgesteld dat mensen niet in actie komen als je hun attitude verandert, maar wel als je ze een concreet plan van aanpak aanbiedt.

In het experiment kregen twee groepen studenten informatie over de gevolgen van onbehandelde tetanus, de ene alleen op papier, de andere kreeg een dramatisch filmpje te zien van een patiënt die er vreselijk aan toe was.

Je zou verwachten dat studenten uit de tweede groep naar de studentenarts zouden rennen voor een tetanusinjectie, maar nee. Ze liepen daar niet harder voor dan de studenten uit de eerste groep.

Wat wel een significant verschil maakte was of iemand een plattegrondje kreeg (het experiment was van ver vòòr het Internet) waarop het kantoor van de studentenarts te vinden was, inclusief openingstijden.

Dit geloof ik ook graag.